Reis tegen de klok - Reisverslag uit Kota Bharu, Maleisië van Marijn en Manon - WaarBenJij.nu Reis tegen de klok - Reisverslag uit Kota Bharu, Maleisië van Marijn en Manon - WaarBenJij.nu

Reis tegen de klok

Blijf op de hoogte en volg Marijn en Manon

20 Juni 2014 | Maleisië, Kota Bharu

We gaan steeds meer inzien dat het best lastig is om alles te doen wat we van plan waren, en dat terwijl we niet eens een echt plan hebben! Vanuit Siem Reap zijn we de grens over gegaan bij Poi Pet, een bijzonder dorpje wat vol gebouwd staat met gigantische casino’s. Op de vervallen staat na zou je jezelf makkelijk in Las Vegas kunnen wanen. Doordat we geen doorreis geboekt hadden waren we op onszelf aangewezen. De minivans hebben we afgeslagen, de trein staat zo onderhand bovenaan onze vervoerslijst. 3 euro armer (voor een reis van 6 uur) en 2 zakken(!) frisdrank rijker en we waren klaar treinreis. Voor we vertrokken zagen we honderden mensen die over het spoor werden gejaagd en werden bevolen dicht op elkaar gehurkt op de grond te gaan zitten. Ze werden omsingeld door het leger, en er werd van alles naar ze geroepen. In de Bangkok Post lazen we later dat alle Cambodjaanse immigranten terug werden gestuurd naar Cambodja, en wij waren hier toevallig getuige van geweest.

’s Avonds kwamen we aan in Bangkok, we kozen deze keer wederom voor een dinertje aan de snelweg, en hebben hierna NATUURLIJK een biertje gedronken op Nita’s slagen! De volgende dag werden we helaas weer verrast met een ontbijtje uit de magnetron.. Na een dagje rondhangen in Bangkok zijn we ’s avonds met de bus naar het busstation gereden, om de nachtbus naar Phuket te nemen. De bus zou er zo’n 12 uur over doen, wat in een nachtbus prima te doen is aangezien we onze stoeltjes lekker naar achteren kunnen zetten, de airco op vriesstand gaat en de lichten worden gedimd. Om 9.30 uur, na ongeveer tweeënhalf uur rijden, begon de bus gevaarlijk te schommelen en kwam na een tijdje tot stilstand. De 15 mensen die in de grote bus zaten keken er niet van op, en ook wij zaten midden in de film dus bleven lekker zitten. Na een kwartiertje begon de bus weer te rijden. Alsof we op een kameel zaten! De bus schommelde alle kanten op, en stak met een snelheid van 5 km/u de snelweg over om na een kilometer een U-bocht te maken naar de andere kant van de weg. Hier reden we, met een schommelend sukkelgangetje even tegen het verkeer in naar, wat later bleek, een ‘bandenspecialist’. Helaas was onze busschauffeur blijkbaar sociaal niet zo sterk, en nog geen minuut later zagen we de bandenspecialist, met een klein vrouwtje achterop zijn nek, naar buiten stormen. Gelukkig bedacht hij zich en rende terug naar binnen, zwaaide nog een keer met zijn vuisten en ramde het hek dicht. Hier stonden we dan, in het pikkedonker, met een klapband. De band was volledig aan gort, er was niets meer van over, en de paar Thai die aan boord waren, waaronder onze chauffeur, stonden op hun hoofd te krabben en te staren naar de volledig gescheurde band. Anderhalf uur hebben we in de miezerregen staan kijken hoe ze een stoffige reserveband uit de laadbak gooiden en met zelfgemaakt gereedschap aan de slag gingen. Je kunt je voorstellen dat wij er niet helemaal gerust op waren.. Toen alles zo goed als vastgeschroefd was klopte onze dikke, tandeloze chauffeur zichzelf genoegzaam over zijn gigantische ontblote buik en waren we klaar om te gaan! Een paar stops en checks later, had onze buschauffeur weer het volste vertrouwen in de zaak en gaste lekker door. Hij zag niet wat wij zagen vanuit onze stoelen aan het voorraam (de hele voorkant van de bus is van glas), namelijk alle auto’s die de linkerrijbaan opreden en daar vaart minderden. Het scheelde nog een twee meter of we waren met volle snelheid bovenop een gekantelde vrachtwagen geklapt. De bus moest vol op de rem en zwenkte nog net op tijd uit naar de naastliggende rijbaan. Na dit en onze klapband geloven we weer helemaal in de engeltjes op onze schouders. Marijn en ik spraken af om en om te slapen, maar al snel vielen we allebei toch in slaap.. Hoe snel kun je wennen aan bizarre omstandigheden..

Toen ik na een paar uurtjes onrustige slaap wakker werd, besloot ik weer heel snel te proberen in slaap te vallen. De bus reed achterlijk hard door het bergachtige landschap en raakte om de haverklap enorme uitstekende taken, die dus recht op ons glazen raam afkwamen. Vanbinnen bad ik dat we er bijna zouden zijn, tot ik een bord zag dat we nog steeds 250 kilometer verwijderd waren van Phuket.. om 11.30 uur kwamen we, na een reis van in totaal 18(!) uur van deur tot deur gesloopt en overspannen aan in Phuket.

Daar hebben we ons vermaakt met het kijken naar vieze oude mannetjes met Thaise vrouwtjes, de eerste WK-wedstrijd met als enige medesupporters twee boze spanjesupportende Omanen en drie Zuid-Afrikaanse medesupporters. Al snel zijn we het vakantievierende Phuket ontvlucht, door een tour te boeken waar we halverwege af konden worden gezet op Phi Phi, een eilandgroep. Bij aankomst op de pier konden we een teleurgestelde blik niet voorkomen. De gigantische boot die we werden opgestuurd zat vol met Indiërs en chinezen, twee bevolkingsgroepen die niet van zwemmen houden, of het simpelweg niet kunnen. Het voordeel was wel dat zij gillend samengepakt zaten op het benedendek, allemaal voorzien van pamflet met vluchtroute en de zwemvestjes goed dichtgesnoerd. Hierdoor hadden wij het prachtige topdek vrijwel voor onszelf, en konden we de hele dag genieten van de zon. We stopten helaas maar een keer om te snorkelen, en hier konden we eigenlijk geen vissen zien. Niet zo gek, alle chinezen die rondom het schip dobberden, gillend in hun zwemvesten, het deed allemaal zeer Titanic-achtig aan..

Aan het einde van onze enerverende trip kwamen we aan op Phi Phi Don, het grote eiland. Al snel vonden we hier een relatief goedkoop hotelletje, waarna we het eiland zijn rondgelopen. De stranden zijn hier ongelooflijk mooi. Wit zand wat zo fijn is als stof als je er met je blote voeten doorheen loopt, het water helderblauw, met hier en daar een dobberend bootje een stukje van de kust. Alleen het kijken er naar is al fantastisch, en als je dan het warme water voelt als je een stukje de zee in loopt..
Om toch een beetje ‘in shape’ te blijven(?) zijn we de volgende dag naar het viewpoint gelopen. Na een flink aantal steile trappen en een stukje lopen, hadden we uitzicht over het hele eiland en de gigantische oceaan. Heel mooi, en heel erg de moeite waard. Vanaf het viewpoint, een centraal gelegen berg, kon je afdalen naar een ander, afgelegen, strandje. Aangezien we na onze mislukte snorkeltrip al snel besloten een snorkelset aan te schaffen zodat we ook het snorkelen op onze eigen manier kunnen doen, zagen we dat afgelegen strandje wel zitten, en hadden we er ook best een stukje lopen voor over.

Nog nooit heb ik zo graag iets wat ik gezegd heb terug willen nemen. De afdaling langs de glibberige steile helling was vrijwel niet te doen op onze slippers, en we hebben nog nooit zoveel muggen op een plek gezien. Na vijf minuten keken we al uit naar het verkoelende water. Maar nog steeds, we dachten dat het de moeite waard zou zijn. Natuurlijk was ik niet zo snel als Marijn, en moest Marijn vaak op me wachten. Zijn gevloek werd steeds hoorbaarder, en toen ik opkeek om zijn boze blik op te vangen zag ik hem als een lid van een Afrikaanse volksstam rondstampen. ‘Om de muggen weg te houden’ zei hij nors, terwijl ik mijn lachen nauwelijks in kon houden.
Nog geen twee minuten later verging het lachen mij direct toen ik Marijn opnieuw –hard- hoorde vloeken en hij mij opdroeg stil te blijven staan. ‘Het is beter als je even blijft staan waar je bent’. Bij deze woorden bekroop mij een zeer naar gevoel, want Marijn is niet zo bang aangelegd. En ja hoor, nadat Marijn door een gordijn van spinnenwebben heen was gelopen zag hij links naast hem, op een paar centimeter afstand, een gi-gan-tische spin bungelen. En hoewel ik graag overdrijf als het op spinnen aankomt (omdat het zo lullig overkomt als ik gil als een klein kind bij aanblik van een minuscuul spinnetje) kan Marijn beamen dat deze zwart/groen/gele spin zo groot was als een gemiddelde mannenhand. Met grote moeite en –dat durf ik best toe te geven- een paar tranen ben ik voorbij de spin gelopen. Hierna liepen we natuurlijk niet meer zo rustig door de dichtbegroeide jungle met laaghangende takken en boomstammen. En toen mijn slippers het begaven door de glibberige modder.. Ik moet zeggen, ik vind het heel wat van Marijn dat hij nog bij me is na mijn vloek-gil-en-huil vertoning.. Eenmaal op het strand bleek dat Marijn zijn stampdans nog best ergens goed voor was geweest, ik zag eruit alsof ik aan een enge ziekte leed door de enorme hoeveelheid jeukende bultjes. Gelukkig vonden we een lief vrouwtje dat me van top tot teen besmeerd heeft met een prikverhelpend zalfje! En Marijn? die vond het maar een 'avontuurlijk' tripje..
Maar goed, we hebben genoten van het privéstrandje, toch maar wel een boottaxi terug genomen, ’s avonds heerlijk gegeten en daarna gekeken naar dronken mensen die touwtjespringen met een brandend springtouw, en de volgende dag met de boot naar Krabi gevaren. Nog heel eventjes genieten van het Thaise eten en de nachtmarktjes! Na een dagje scooteren langs mooie stille plekjes en strandjes, en het kijken naar alweer een overwinning voor Nederland, was het dan toch echt tijd om te gaan.. Tenminste..

Ons guesthouse werd ’s nachts afgesloten met een groot hek. Toen wij om 7.30 wilden vertrekken was er echter nog niemand aanwezig.. Dat dit een shithole was wisten we al wel na de vieze wc en de koude douche, maar om nou geen personeel te hebben staan in de morgen.. Na het hek open te hebben gemaakt met een dubieus sleuteltje, hebben we het hek maar open gelaten. Bryan, als je dit leest.. als je bar is leeggehaald dan spijt het ons! Of eigenlijk toch niet.

En ja hoor, we zijn weer ergens anders, in Maleisië wel te verstaan. Na een busrit met best wel weer heel veel vertraging waren we precies op tijd om voor sluitingstijd de grens over te steken en een taxi te pakken naar Khota Baru. En hier is het best wel even wennen. Overal hoofddoekjes, de hele dag gebeden door gigantische megafoons, we worden aangestaard als beroemdheden en de hygiëne is ver te zoeken. En dat wil best wat zeggen, als dat ons opvalt (aangezien Marijn zijn eten niet laat staan als er ‘een paar’ mieren of vliegjes zijn toegevoegd aan het menu). De ratten schieten voor je voeten uit, en het hostel lijkt in jaren niet schoongemaakt. Snel naar de Perhentians dan maar, die snorkels eens even goed gaan gebruiken!

  • 20 Juni 2014 - 17:26

    Nadine:

    Hey Marijn en Manon,

    Wat een leuk verhaal weer! En jakkes dat spinnen verhaal is altijd men grootste angst als we op reis zijn!
    Geniet van Maleisië! Het is echt een tof land en als jullie tips nodig hebben laten jullie het maar weten!

    Liefs Nadine

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Marijn en Manon

Actief sinds 13 April 2014
Verslag gelezen: 288
Totaal aantal bezoekers 7981

Voorgaande reizen:

10 April 2014 - 21 Augustus 2014

Hello Adventure!

Landen bezocht: