Doeg Indonesie, Hello ..........? - Reisverslag uit Kota Kinabalu, Maleisië van Marijn en Manon - WaarBenJij.nu Doeg Indonesie, Hello ..........? - Reisverslag uit Kota Kinabalu, Maleisië van Marijn en Manon - WaarBenJij.nu

Doeg Indonesie, Hello ..........?

Blijf op de hoogte en volg Marijn en Manon

07 Augustus 2014 | Maleisië, Kota Kinabalu

Dus, we moesten het land uit.. we waren al een stukje op weg, we waren in ieder geval van Bali af. Een race tegen de klok, om van het ene puntje van Java praktisch naar het andere te komen. En dat tijdens het einde van de Ramadan…

Het eerste stuk konden we nog afleggen met Marlieke en Jurgen. Gezellig met elkaar in een bus die ons binnen twaalf uur naar Jogjakarta zou brengen. We hadden geluk, we konden meteen mee toen we aankwamen op het busstation! Jammer alleen dat we geen avondeten mee hadden genomen.. Best even schrikken toen we de bus zagen, want hoewel de meeste nachtbussen vrij comfortabel zijn, waren deze stoelen niet verstelbaar en waren we dus gedwongen deze nacht in een hoek van negentig graden door te brengen. Niet zo erg, als je een beetje ruimte had om onderuit te zakken, maar door het kleine formaat van de gemiddelde Indo, hadden we niet alleen weinig beenruimte (lees: niet genoeg ruimte om je benen normaal op de grond te zetten) en waren de stoelen aan de smalle kant (Lees: mijn armlengte exclusief hand werd gezien als een tweepersoonsbankje). Resultaat, Marijn tegen het raam geplakt, heerlijk schouder aan schouder terwijl ik voor de helft buitenboord hing en mezelf vast moest houden bij iedere bocht. Maar natuurlijk werd het een stuk beter, toen de onderhand welbekende krukjes tevoorschijn werden getoverd om de bus prop- en propvol te bouwen. We vorderden, traag maar gestaag, en hoewel de rit niet erg comfortabel was, was het fantastisch om naar buiten te kijken. Omgebouwde auto’s met grote muziekinstallaties en dansende mensen, mensen die in grote rijen met fakkels over straat dansten en zongen, en overal waar je maar kijken kon vuurwerk. Het einde van de Ramadan werd dus goed gevierd! En wauw, toen we de drukte voorbij waren en de bergen in reden, hebben we onze ogen uitgekeken. De weg was hier niet verlicht, en om de bestuurders toch te laten weten waar er gevaarlijke, steile bochten waren, stonden er mensen met kaarsjes langs de weg. Ook boven de huisjes hingen kaarsen. Het had iets onrealistisch, deze nachttocht bij kaarslicht.

14 uur later kwamen we lichtelijk gebroken aan. Het was tijd om afscheid te nemen, dus na een ontbijtje met Nasi en een paar hele dikke knuffels reden Marlieke en Jurgen richting de stad, ons achterlatend op het station. 7 uurtjes wachten, en door met de volgende bus naar Jakarta. Wederom een niet-sleeper bus. Deze keer met een andere primeur, namelijk een rokerszone, waar wij direct naast zaten. Geen pretje voor een rit van 16 uur.. Na anderhalf uur kreeg de bus pech, dus hadden we wederom geen tijd om fatsoenlijk te dineren en liepen we een beetje vertraging (18 uur) op. ’s Morgens kwamen we, zo onderhand echt gebroken na twee nachten zonder slaap, aan op het busstation, wat redelijk ver uit de stad lag. Maar hoe moe we waren, mooi niet dat wij in een te dure taxi zouden stappen! Dus namen we de bus, naar de straat JL. Jaksa, een backpacker area in Jakarta. Na een half uur rijden dropte de bus ons op een ander station en gebaarde dat we over moesten stappen. Na een tijde rondvragen vonden we de juiste bus, en opgelucht en zo onderhand lichtelijk chagrijnig door hitte, slaapgebrek en honger stapten we in de bus. Zo’n tien minuten later stopte de bus en waren we op onze bestemming. Deze straat zag er echter verdacht rustig uit… Een buitenwijkje met keurige mooie huisjes, geen restaurantje of hotel in de buurt te bekennen. Na wat rondkijken kwam ik erachter.. we waren afgezet op JL. DAKSA, een andere straat dus. Mijn god, wat had ik het gehad. En Marijn maar lachen terwijl ik de hele straat bij elkaar ge’hou-op-hoor!’-t heb……
Na mijn drift- en Marijn zijn lachbui, hebben we uiteindelijk toch maar een taxi genomen..

Nog geen dag later was het tijd om te vertrekken uit Indonesië. Zo ontzettend jammer, we hadden nog veel en veel meer van dit veelbelovende land willen zien. We boekten de goedkoopste vlucht en kwamen ’s nachts aan in Kuala Lumpur. Hoewel we van plan waren meteen door te vliegen naar welke bestemming dan ook, hadden we het allebei zo gehad dat we een nachtje in een guesthouse in het centrum hebben gezeten. Die avond daarna zaten we echter weer op het vliegveld.. onze vlucht zou vertrekken om 06.30, te vroeg om er heen te komen met de bus. En omdat we er toch al zoveel dagen reizen hadden op zitten, besloten we, wederom, een shitty nacht te maken. Deze keer op het vliegveld..

Dus daar zijn we.. na 48 uur bus, 23 uur wachten, 1 boot, 2 vluchten, 1 nachtje echt in een bed slapen en geen enkele keer normaal avondeten zijn we aangekomen in.. BORNEO.
Want als die Orang Oetans niet naar ons toe komen, dan komen wij wel naar hun toe.

Tijdens de vlucht keken we naar beneden, en het zag er veelbelovend uit. Uitgestrekte groene vlaktes, allemaal tropisch regenwoud! En stiekem hadden we dan ook verwacht dat we op een of ander zanderig landingsbaantje zouden landen en de wegen bestonden uit kleine bospaadjes. We verbaasden ons dan ook ten zeerste toen we uit kwamen in een grote volgebouwde stad. Maar we waren echt, echt, echt te moe om meteen door te reizen. Dus hebben we onze spullen neergegooid, hebben de airco op 16 gezet, en hebben zo lang als we maar konden geslapen.

De volgende dag zag alles er nog steeds hetzelfde uit. Winkelcentra, weinig groen, hoge prijzen. We besloten daar naar toe te gaan waar we voor gekomen waren. De orang oetans bezoeken! In de buurt lag een national park, waar je helaas niet met de bus naar toe kon komen. Maar na een goede nacht waren we weer helemaal terug, en na een ritje met de lokale bus, hebben we langs de kant van de weg ons liefste glimlach opgezet en binnen no time hadden we een lift! Dat beloofd veel goeds, als het liften zo gemakkelijk gaat! Het National Park bleek geen National Park maar een dierentuin met slecht onderhouden hokken en een fantastisch onverantwoorde dierenshow waar slangen onder banken vandaan getoverd werden. Falco was er sowieso in gebleven, dus ik was erg blij dat hij er niet bij was. Na een rondje door deze dierentuin waar alle dieren de kolder in de kop bleken te hebben (ooit een stel otters bezig gezien? Is serieus heel bijzonder..) zijn we dan ook maar weer richting huis gegaan, wederom zo een lift te pakken!

De wereldberoemde apen hadden we echter nog steeds niet in het wild mogen aanschouwen, dus namen we de bus naar Sandakan, aan de andere kant van Borneo. Daar kwamen we laat aan op het busstation, en was de lokale bus al gestopt met rijden. Omdat we nu weten hoe het werkt, bonden we de zaklampen aan onze backpacks en begonnen aan de tocht van tien kilometer, ondanks de waarschuwingen van enkele locals dat het veel te gevaarlijk zou zijn. Nog geen tien minuten lopen en ja hoor, we konden weer meerijden. Dat is nog eens leuk reizen!
En we hebben ze gezien! Wat een fantastische beesten zijn het! Over het rehabilitatiecentrum waren we in de eerste instantie niet zo heel enthousiast. Het platform waar de ‘mensen uit het bos’ om 10.00 uur eten krijgen stond vol met mensen, het junglegevoel was er een beetje af. We waren dan ook heel blij dat we ietsje verderop een orang oetan zagen. Wij er snel naar toe, en eerlijk, ze zijn zo leuk! Ze trekken zich helemaal niets aan van de mensen, en liepen rustig over de planken die waren neergelegd voor ons om ze, zogenaamd uit de verte, te aanschouwen. We werden ingesloten door twee jonge apen, die Marijn omverliepen alsof hij er niet stond, en even later werd een vrouw stevig geknuffeld en ontving tientallen apenzoenen. Het was erg leuk om te zien, vooral als je weet dat deze apen ‘vrijwillig’ in de buurt blijven. Om het centrum staat geen hek, en als de apen oud genoeg zijn keren sommigen van hen nooit meer terug naar het voederplatform. Ze hebben dus zelf de keuze, toch een beetje wild dus..

Maar een opvangcentrum is toch wel iets anders dan de echte jungle. En hoe kunnen we nou zeggen dat we in Borneo zijn geweest, als we niet in het tropisch regenwoud hebben gezeten? Dus boekten we een dure, dure trip (zeg maar al onze trips tot nu toe bij elkaar gerekend) en waren we de volgende dag klaar om te vertrekken. In de bus, daarna in een bootje, over de Kinabatangan rivier, de langste rivier van Borneo met het grootste percentage wildlife per vierkante kilometer. Ik had mijn huiswerk gedaan, en wist dus dat we olifanten, orang oetangs, slangen en krokodillen in het wild konden spotten. Hoe gaaf! Het kamp was basic, een vlonder met een matrasje erop, maar gebouwd bovenop een moerasgebied, en dus in het water. Zorgde voor veel leuke geluiden ’s nachts.

De eerste riviersafari zaten we vol spanning in de boot. Het was nacht, en met een grote bouwlamp werd er op de bomen en in het water geschenen. Wat zouden we als eerste tegenkomen? Een olifant die drinkt uit de rivier? Een orang oetan met haar baby in een boom aan de waterkant? We minderden vaart, en staarden met zijn allen.. ‘Kijk, kijk, kijk!’ Wat is het? Wat zou het zijn? Het was… een vogel. Oké, nou ja, die zitten hier natuurlijk ook. En er zijn heel wat mensen die dat heel leuk vinden! Marijn en ik niet echt, maar ongetwijfeld zijn er mensen die het wel leuk vinden. Na twintig minuten naar deze slapende vogel te hebben gestaard, met veel ge-oeh en ge-aah, was het tijd om verder te varen. We zagen nog heel veel vogels, veel dezelfde ook. Geen gevaarlijk roofdier of beest met haren te bekennen. Misschien morgen meer geluk..
De volgende dag om half zeven in de vroege morgen zaten we weer in de boot. En toen we om half acht, met drie boten vol idioten nog steeds naar de eerste “in-een-verfpot-gevallen-mus” ter grootte van een babypink bovenop een kale stok aan het kijken waren sloeg het ineens in. DEZE. TRIP. ZUIGT. Over het vervolg van de trip kan ik heel kort zijn. Horendolle mannen met vissershoedjes die met een verwilderde blik naar de bootman kijken als deze niet direct stopt nadat ze ‘BIRDALERT!’ hebben geroepen. De verrekijkers zijn niet aan te slepen en we zagen zelfs enkele boekjes voorbij komen. Vrouwen die verrukte gilletjes slaan als de zingende klusmus, de zwartgestippeldeboom-ara of de oriëntaalse hornbill zijn vleugels uitstrekken en van de ene naar de andere tak hopten. Uiteraard wij erachteraan met een sukkelgangetje, rustig drijvend en hopend op.. Op wat eigenlijk? VOGELS ZIJN SAAI! Marijn en ik hebben elkaar nog beter leren kennen en weten dat we elkaar, zelfs onder deze omstandigheden, nog kunnen vermaken. Hoe stom en saai en dom en nog saaier de trip ook was, wij hadden het leuk met zijn tweetjes.. misschien zelfs zo leuk dat we de vogelaanbidders een beetje boos hebben gemaakt toen wij de bijzondere situatie waarin wij verkeerden toen we de tweevleugelige serpentetende boomarend niet op waarde inschatten en de vogel wegjaagde met ons gelach…

De drie dagen duurden lang. Er was zelfs zo weinig te zien dat de gids een kakkerlak aanwees op een boom (goh, nog nooit gezien!) en ik BLIJ was toen we een tarantula (vogelspin) zagen. Gewoon, omdat het iets zonder snavel was. In totaal hebben we 9 uur doorgebracht op zoek naar dieren van het regenwoud. In die negen uur zijn we honderden vogels, alle 6 soorten arenden die er bestaan in Borneo, de koningsvisser, het blauwhoofdje en weet ik veel wat nog meer tegengekomen. En een krokodil. Oke, dat was dan wel echt weer heel erg gaaf, maar hadden we er drie dagen niet douchen, 9 uur lopen en in boten zitten, kijken naar een ‘junglegebied’ waar we soms ineens ook een schattig hondje zagen wandelen en we de olieplantages op de achtergrond al konden zien, voor over? Nee. Niet echt.

We durven dus best heel eerlijk te zijn. Het in het echt zien van orang oetans, zonder hek en praktisch in het wild, was fantastisch. We zitten in een hotel met hele aardige mensen, en het voelt echt een beetje als een thuis. Maar verder? We vinden Borneo niet zo leuk. Eigenlijk balen we er gewoon keihard van dat we pas over 9 dagen terugvliegen en hier dus eigenlijk onze laatste weken doorbrengen. En wat kunnen we daar nou aan doen?....

PS: Wij hebben het samen nog steeds leuk, en vinden iedere dag wel iets om te lachen. Dus geen zorgen;)

  • 12 Augustus 2014 - 08:35

    Eva:

    Weer een onwijs leuk verhaal.
    Geniet er nog even van!
    En tot gauw

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Marijn en Manon

Actief sinds 13 April 2014
Verslag gelezen: 1796
Totaal aantal bezoekers 7988

Voorgaande reizen:

10 April 2014 - 21 Augustus 2014

Hello Adventure!

Landen bezocht: